Grofweg zou je alle mensen in een ruimte onder kunnen verdelen in twee groepen: de doeners en de denkers. De een steekt het liefst zijn handen direct uit de mouwen, terwijl de ander liever eerst alle keuzes afweegt. In de praktijk hebben we allemaal de motivatie om te doen en te denken, maar hoe deze twee uitersten in verhouding met elkaar staan is verschillend.
Wat is nu beter?
Wanneer je een team hebt, kan deze het beste bestaan uit doeners en denkers. Hierbij zijn beide groepen even belangrijk. Heb je enkel extreme denkers of extreme doeners in een groepje bij elkaar dan is de uitkomst namelijk hetzelfde. De denkers zullen niet in actie komen, doordat ze maar blijven malen wat de beste optie is, waardoor een uiteindelijke keuze uitblijft. Bij de doeners is het tegenovergestelde het geval. Zij gaan direct aan de slag, maar doordat het doel en het plan ernaartoe niet eerst afgebakend wordt, wordt er een hoop energie verspild zonder een waardevolle uitkomst in zicht. Alleen denken of alleen doen, levert dus geen goede resultaten op. Een team heeft zowel doeners als denkers nodig en een individu moet over beide eigenschappen in een zekere mate beschikken.
Wie zijn doeners, wie zijn denkers?
Interessant is dat het percentage doeners en denkers in een bevolkingsgroep per werelddeel kan verschillen. Zo blijkt dat Azië meer rijk is aan denkers, terwijl westerse landen een hoger percentage doeners heeft. Over het algemeen kan gesteld worden dat doeners extravert zijn en denkers introvert. Extraverte mensen kunnen beter tegen prikkels en krijgen energie van sociale contacten, terwijl introverte mensen graag hun innerlijke batterij opladen door bijvoorbeeld een boek te lezen of een film te kijken. Zij raken sneller uitgeput bij veel prikkels en sociale aangelegenheden, zoals een feestje. De meeste mensen zijn ambivert en hebben zowel introverte als extraverte eigenschappen. Deze mensen hebben over het algemeen ook een doen en een denken dat meer in balans is.
Doen en denken kun je leren
Wanneer iemand voornamelijk een denker is en hierdoor nooit in actie komt, kan hij zichzelf aanleren om deze twee eigenschappen beter te balanceren. Wanneer hij overweegt te gaan sporten, moet hij zichzelf er feitelijk toe zetten om te stoppen met denken en gewoon zijn sportkleding te pakken en de deur uit te stappen. Dit vraagt om veel zelfdiscipline, maar ieder succes zal de volgende stap motiveren. Doeners kunnen zichzelf ook aanleren meer te denken. Ze kunnen bijvoorbeeld zichzelf verplichten een to-do-lijst te maken aan het begin van de dag of een voor- en nadelenlijst maken, wanneer er een beslissing moet worden genomen. In het begin kan dit moeilijk zijn, maar door dit soort gewoontes op te pakken, zal een doener zijn eigenschappen ook beter in balans kunnen brengen.
Neem jezelf zoals je bent
Hoewel je met bepaalde oefeningen jezelf kunt aanleren dingen sneller aan te pakken of juist eerst opties te overwegen, is het ook belangrijk jezelf te nemen zoals je bent. Je kunt jezelf leren meer te doen of meer te denken, maar je zult altijd een introvert, extravert of ambivert blijven. Het is goed om je sterke, maar vooral ook je zwakke punten in gedachte te houden. Dit zal je een waardevolle aanvulling maken in een team en het helpt je om doelen te bereiken in je leven.
Geef een reactie